Van coronacrisis naar beweegcrisis?

Nederland is minder gaan sporten tijdens de coronacrisis. Het aantal mensen dat wekelijks sport is met een half miljoen afgenomen, blijkt uit recente cijfers van NOC*NSF over het jaar 2020. In maart al publiceerde de HAN een onderzoek waaruit blijkt dat aan het eind van 2020 750.00 Nederlanders minder aan de beweegrichtlijn voldeden dan vóór de uitbraak van COVID-19. Hierdoor zijn in 2020 46.000 gezonde levensjaren verloren gegaan. Een zorgelijke trend. Rollen we van de ene (corona)crisis in de andere (beweeg)crisis?
“De sportdeelnamecijfers van afgelopen jaar waren dramatisch. Met name onder kinderen is de deelname hard achteruit gegaan. Een zorgelijke ontwikkeling”, zegt Anneke van Zanen-Nieberg, voorzitter van de sportkoepel in het voorwoord van het rapport Zo sport Nederland – trends en ontwikkelingen in sportdeelname in 2020.
Sportdeelname
9.687.000 Nederlanders sportten in 2020 minstens één keer per week, staat in het rapport. In 2019 waren dat er 10.179.000. Meer dan de helft van de mensen is volgens NOC*NSF minder
gaan sporten. Vooral onder de jeugd tussen vijf en achttien jaar stemmen de cijfers niet vrolijk. Maar liefst 52 procent van de kinderen is minder gaan sporten en tien procent is helemaal gestopt. Er zijn in 2020 aanzienlijk minder sporters in de leeftijd van vijf tot en met twaalf jaar dan in 2019. De sportdeelname is van tachtig procent in 2019 afgenomen tot 65 procent in 2020. Ook de sportdeelname van jongeren in de leeftijd van dertien tot en met achttien jaar neemt af. In 2019 sportte 75 procent van deze groep nog wekelijks. In 2020 was dit 71 procent.
Bij de 65-plussers is 31 procent gestopt met sporten als gevolg van de lockdown. Het is niet gek dat het vooral de binnen sporters zijn die minder zijn gaan sporten. Zeventig procent van hen is gestopt of minder gaan sporten.
Een klein deel van de bevolking is juist meer gaan sporten tijdens de coronacrisis
Uit de cijfers van NOC*NSF blijkt ook dat het met name lager opgeleiden zijn die gestopt zijn met sporten. Maar liefst 22 procent is na de lockdown niet meer begonnen, tegenover elf procent van de hoogopgeleiden.
Grote verschillen
Deze zelfde trends zagen ook onderzoekers van de Hogeschool Arnhem en Nijmegen (HAN).Zij deden in opdracht van Kenniscentrum Sport & Bewegen een studie naar de impact van de coronacrisis en de lockdowns op het sport- en beweeggedrag van Nederlanders in 2020. In 2019 voldeed 46procent van de bevolking boven 25 jaar aan de beweegnorm van minimaal 150 minuten per week matig intensief bewegen.
Sportverenigingen beginnen de impact van de sluitingen te merken
In april 2020 kelderde dit tot slechts 29 procent. Langzaam krabbelde het percentage weer op tot 44 procent in oktober, om vervolgens na het stilleggen van sportcompetities, verbieden van wedstrijden en groepstrainingen en later het sluiten van indoorsportaccommodaties, weer te dalen tot 36 procent in december. In absolute cijfers betekent dit dat in 2020 750.000 Nederlanders minder de beweegnorm hebben gehaald.
Sportverenigingen beginnende impact van de sluitingen het afgelopen jaar en dit jaar te merken, schrijft NOC*NSF in haar rapport. 51 sportbonden raakten in totaal 151.800 leden kwijt. De verschillen tussen sportbonden zijn overigens groot. Zo verwelkomde de Nederlandse Golf Federatie netto juist 22.000 leden meer en Sportvisserij Nederland kreeg er zelfs 80.000 leden bij.

Verloren jaren
Positieve ontwikkelingen zijn er trouwens ook in beide onderzoeken. Het aantal Nederlanders dat is blijven sportentijdens de lockdowns, is juist méér gaan sporten. In 2020 sportten zij gemiddeld 9,6 keer per maand, tegenover 9,0 keer in 2019, blijkt uit de cijfers van NOC*NSF. De stijging van de sportfrequentie is vooral te danken aan een kleine groep sporters, die in 2020 vaker zijn gaan wandelen en fitnessen.
De onderzoekers van de HAN concluderen hetzelfde. Een klein, maar wel substantieel deel van de bevolking is juist meer gaan sporten tijdens de coronacrisis. Dit gebeurde relatief veel bij vrouwen, hoger opgeleiden en in de groep tot 45 jaar.
Toch wegen deze positieve cijfers niet op tegen de negatieve impact van de coronacrisis op het sporten en bewegen van Nederlanders. Door minder te gaan bewegen, zijn er in 2020 in Nederland 69.000gezonde levensjaren verloren gegaan.
Volwassen die meer zijn gaan bewegen, hebben samen 23.000 jaren ‘gewonnen’. Netto zijn er in 2020 dus maar liefst 46.000 gezonde levensjaren verloren zijn gegaan. Dat betekent dat mensen eerder overlijden of eerder behoefte hebben aan gezondheidszorg. Die verloren gegane gezonde levensjaren kosten de samenleving naar schatting 2,3 miljard euro. ●